-
crises
Financiële crises zijn inherent in een geldsysteem dat gebaseerd is op geldbeloftes. De fundamentele instabiliteit kan over de rand worden geduwd bij riskant systeemgedrag, zoals in 2007.
-
geen schuld, geen krediet
Al het "geld" op rekeningen is ooit door iemand geleend van een bank. Dat is de enige manier om het te verkrijgen. Het vereist dat we collectief in de schuld staan. Als we dat niet doen is dit "geld" niet beschikbaar in de economie.
-
geen democratische allocatie
Alle ogen zijn gericht op politici in Den Haag, maar de mogelijkheid om betaalmiddel te scheppen en het uit te lenen aan de bevolking geeft de bankensector meer macht dan de overheid.
-
exponentiële groei -> milieu-uitputting
Het huidige systeem stimuleert versneld consumentisme en is een grote factor in milieu-uitputting.
-
huizenbubbel
Er wordt gesteld dat huizenprijzen hoog zijn omdat er niet genoeg huizen zijn. Echter worden de prijzen ook enorm opgedreven doordat krediet uit de geldschepping als eerst door de huizenmarkt beschikbaar komt.
-
waarde vloeit naar de top
94% van al het betaalmiddel komt als krediet van banken. Over iedere girale euro wordt door iemand ergens rente betaald. De rente herdistribueert het krediet van de onderlaag van de samenleving naar de bovenlaag.
-
inflatie
Als de krediethoeveelheid niet constant toeneemt krimpt het systeem exponentieel. Deze toename zorgt voor inherente constante inflatie.
-
werkloosheid
Grootschalige kredietschepping zorgt voor een "boom". Maar omdat de "boom" gefinancierd is met schuld in plaats van met verworven inkomen, moet de "boom" vroeg of laat tot een einde komen. Op dat moment ontstaat er een recessie. Bedrijven gaan failliet en de werkloosheid stijgt.
-
nodeloos verlies van soevereiniteit
Constante financiële crises zetten druk op politiek om tot een oplossing te komen. Deze "oplossingen" worden op een steeds hoger niveau getild, zoals de bankenunie. Omdat deze "oplossingen" de fundaentele instabiliteit niet oplossen vereist dit eindeloze grotere afdracht van soevereiniteit, te zien in de politieke eenwording van de EU.
-
verhoogde belastingdruk
When banks are allowed to create a nation’s money supply, we all end up paying higher taxes. This is because the proceeds from creating new money go to the banks rather than the taxpayer, and because taxpayers end up paying the cost of financial crises caused by the banks. Wanneer banken het betaalmiddel scheppen betaalt een land meer belasting. De geldscheppingswinst die naar banken gaat had ten goede van de Staat kunnen komen. Daarnaast draait de belastingbetaler op voor alle crises die het systeem veroorzaakt.